Huisartsen krijgen sinds kort geen vergoeding meer voor telefonische consultaties. Het systeem wordt al dan niet tijdelijk geschrapt, waardoor patiënten opnieuw fysiek op raadpleging zullen moeten komen. De schrapping lokt heel wat kritiek uit, ook uit politieke hoek.
Bewezen dat het werkt
De telefonische consultaties werden in het leven geroepen tijdens de coronacrisis, omdat mensen toen niet meer in de mogelijkheid waren om fysiek op consultatie te gaan. De bezorgdheid dat de wachttijden nu enkel nog meer zullen oplopen, wordt gedeeld door federaal parlementslid Nawal Farih (cd&v). “De nabijheid en bereikbaarheid van zorg is enorm belangrijk. Patiënten moeten tijdig geholpen kunnen worden wanneer ze medische hulp nodig hebben, dat is een basisrecht”, zegt Farih. “De telefonische consultatie bleek de afgelopen jaren een heel nuttige en efficiënte methode te zijn, zowel voor arts als voor patiënt. Enerzijds wordt de werkdruk bij extreme drukte of epidemieën verlicht, en anderzijds kunnen patiënten rekenen op een consultatie zonder ellelange wachttijden. Bij chronische patiënten kan het de levenskwaliteit en zelfredzaamheid ten goede komen, bij consultaties waar een fysiek onderzoek niet nodig is, kan het voor heel wat tijdsbesparing zorgen. Waarom zouden we hiervan afwijken, als we weten dat het werkt?”, aldus Farih (cd&v).
Wat met het kostenplaatje?
Uit eerdere bevragingen bij patiënten en huisartsen bleek ook duidelijk de tevredenheid: 73% van de patiënten gaf aan voorstander te zijn dat telegeneeskunde een blijvende rol behoudt in de toekomst. Uit een bevraging van Domus Medica bleek ook dat 89% teleconsultaties wil blijven gebruiken. Bovendien lijkt de schrapping niet op te wegen tegen de kosten voor patiënten die hun telefonische consultatie verliezen. “Eind vorig jaar werd reeds gesproken over de schrapping van de terugbetaling voor teleconsultaties als besparingsmaatregel. Uit cijfers van het RIZIV en de mutualiteiten blijkt dat er in 2023 maar liefst 6.293.000 teleconsulten werden uitgevoerd. Aangezien het tarief voor een teleconsult €20 lager ligt dan dat van een face-to-face consult, resulteert de terugbetaling voor teleconsultaties in een jaarlijkse besparing van ongeveer €125 miljoen. Het behouden van de terugbetaling zou dus eigenlijk een gunstig effect hebben op het gezondheidsbudget.”, besluit Farih.
Nawal Farih (cd&v) ziet dan ook liever de vergoeding voor telefonische consultaties niet geschrapt. “We mogen patiënten niet in de steek laten. Het is de plicht van de regering om nabije zorg te garanderen voor patiënten.” Het parlementslid vindt het logisch dat alle vormen van fraude bestreden moeten worden, maar dit mag niet ten koste gaan van andere juiste gebruikers van het systeem. “We hebben heel wat chronisch zieken, senioren, minder mobiele mensen… die op tele-dienstverlening rekenen. Die mogen we niet in de steek laten”, luidt het. “De ambitie in de vorige legislatuur was om dit systeem van teleconsultaties in te bedden in de reguliere zorg met een structurele tegemoetkoming. Laten we onze verantwoordelijkheid opnemen en die toon verderzetten.”